de man van god verachten
Een gedachte is om de man van god te miskennen. Wie is hij? Zijn opdracht is om vruchtbaar te zijn, zich voort te planten en de aarde te bevolken. Hij heeft het beheer over de vissen in de zee, de dieren in het veld en de vogels in de lucht. Al deze wezens vertegenwoordigen iets in de geestelijke wereld.
Veel gelovigen gebruiken de term Adamitisch. Hiermee bedoelt men dan alles wat tot Adam behoort. Hoe vreemd is het dat mensen die bijbelstudies doen het grote feit missen dat Jezus Adamitisch was.
Jezus is de 2de en laatste Adam als middelaar tussen god en mens. deze middelaar is een mens, ja zelfs Adamitisch. Tegelijk is hij de mens van de bovenste hemel. Paulus presenteert de 1ste mens/2de mens en de 1ste Adam/2de Adam met tegengestelde eigenschappen. Maar beiden zijn Adamitisch. Beiden kan men binnen elkaar vinden. Het woord laatste van laatste Adam behoeft enige uitleg. Dit woord slaat meer op een uiteindelijkheid, het afsluiten van een situatie.
Paulus zegt niet dat bij de laatste Adam alles wat Adamitisch is, weg wordt gedaan omdat het geen plaats meer zou hebben. Maar hij zegt dat Adam en alles dat bij hem hoort zijn vervulling heeft gekregen hoewel het wel zijn/Zijn dood heeft betekend.
Maar god wekte Hem alsook hem - de mens op uit de dood en zette Hem/hem in het nieuwe leven neer. In Rom. 6 is onze oude Adam gekruisigd met christus en diezelfde mens die het aionische juk van de dood van zich afschudde ging door in Hem in volle glorie.
Dit raakt de essentie van de relatie tussen de godheid en mensheid. De vraag is of de mensheid werd toegevoegd aan de godheid in de persoon en incarnatie van Christus. Of ontstond deze intrinsieke mensheid die aan het hart is van de godheid van binnen uit Hem?
In dat laatste geval was de mensheid vanuit de eeuwigheid binnen in onze geestelijke existentie om toe te treden in ons aionische bestaan. Ons leven op aarde is de roep om die eeuwige mensheid die we ooit hadden tot volle uitdrukking te brengen.
Vernieuwd worden in de geest begint met DENKEN. Hoevaak krijgen psychologen van hun patiënten te horen: “zo heb ik het nog nooit bekeken.”