Jij bent bevooroordeeld. Boven de toegangspoort tot de universiteit staat geschreven: men geve elk geloof op (vrij naar Dante).
En op hoeveel lichtjaar afstand bevinden zich die exoplaneten?
Dit forum staat op alleen-lezen. Je kan hier informatie zoeken en oude berichten terugvinden, maar geen nieuwe berichten plaatsen.
Naar overzicht van alle forumsBs'd
De talmoed vertelt ons: “Zeven dagen voor de grote vloed veranderde de Geheiligde de van oudsher bestaande orde en rees de zon in het westen op en ging in het oosten onder.”
In het tweede boek van zijn geschiedenis vertelt Herodetus van zijn
gesprekken met Egyptische priesters tijdens zijn bezoek aan Egypte, op
1 of ander tijdstip gedurende de tweede helft van de vijfde eeuws voor
onze jaartelling.
De priesters verzekerden hem dat in historische tijden en sinds Egypte
een koninkrijk werd "in deze periode (naar zij vertelden) de zon vier
maal opkwam aan de tegenovergestelde zijde van de plaats waar zij
gewoon was op te komen. Tweemaal kwam zij op waar zij nu ondergaat, en
tweemaal ging zij onder waar zij nu opkomt."
Herodetus, Bk II, 142 (vert.A.D. Godley)
Pomponius Mela, een latijnse schrijver uit de eerste eeuw schreef: "De
Egyptenaren beroemen zich er op het oudste volk ter wereld te zijn.
In hun authentieke annalen … kan men lezen dat, sedert zij bestaan,
de loop van de sterren vier maal van richting is veranderd, en dat de
zon tweemaal is ondergegaan aan dat deel van de hemel waar ze nu
opgaat."
Pomponius Mela, De situ orbis, I, 9, 8
(hieruit mogen wij niet afleiden dat Mela's enige bron voor deze
bewering Herodetus was. Mela heeft het hier uitdrukkelijk over
Egyptische geschreven bronnen. Hij vermeldt de omkering in de
richting van de sterren evengoed als die van de zon; had hij simpelweg
Herodetus nageschreven, dan zou hij de verandering in de loop der
sterren niet genoemd hebben. In een tijd toen de beweging van de zon,
planeten en sterren nog niet werd beschouwd als een gevolg van de
beweging van de aarde, was een een richtingsverandering van de zon in
Mela's geest niet noodzakelijkerwijs verbonden met een overeenkomstige
wijziging in de beweging van alle hemellichamen)
In de Harris papyrus, een 41 meter lange papyrus die in het Britisch
Museum ligt, en die heel gedetailleerd de regering van Ramses III
beschrijft, waarvan algemeen aangenomen wordt dat die iets meer dan
3000 jaar geleden regeerde, die
spreekt van een kosmische catastrophe van vuur en water "als het
zuiden het noorden wordt en de aarde omkantelt".
H.O. Lange, “Der Magische Papyrus Harris” K. Danske Videnskabernes
Selskal p. 58
In de graftombe van Senmoet, de architect van koningin Hatsepsoet,
beeldt een paneel aan de zoldering de hemelsfeer af met de tekenen van
de dierenriem en andere sterrenbeelden in een “omgekeerde” orientatie
van de zuidelijke hemel.
(A. Pogo, “The Astronomical Ceiling Decoration in the Tomb of Senmut”
XVIIIth dynastie Isis blz 306)
"Een kenmerkende eigenaardigheid van de Senmoet-zoldering is de
astronomisch verwerpelijke orientatie van het zuidelijk paneel." Het
midden van dat paneel wordt ingenomen door de Orion-Sirius groep,
waarbij Orion ten westen in plaats van ten Oosten van Sirius staat.
"De orientatie van het zuidelijk paneel is dusdanig, dat degene die er
in de tombe naar kijkt, zijn hoofd en gezicht naar het noorden moet
richten, en niet naar het zuiden.“ ”Door de omgekeerde orientatie
van het zuidelijk paneel schijnt Orion, in de zuidelijke hemel het
meest opvallende sterrenbeeld, zich naar het oosten te bewegen, dat
wil zeggen: De verkeerde kan op." (Idem blz 306, 315, 316)
Toen dat plafond gemaakt werd, zou de maker toen een feestje gehad
hebben de dag er voor?
Genoeg nu over die stoffige oude Egyptenaren.
Laten we eens kijken wat de oude Grieken te melden hebben over ons
intrigerende onderwerp:
Plato schreef in zijn dialoog “De Staatsman”, (Politicus) "Ik bedoel
de verandering in het opgaan en ondergaan van de zon en de andere
hemellichamen, hoe ze in die tijd plachten onder te gaan daar waar ze
nu opkomen en plachten op te komen daar waar ze nu onder gaan … ten
tijde van de twist, zult u zich herinneren, veranderde de god dit
alles in het tegenwoordige stelsel, als getuigenis ten gunste van
Atreus.“ Dan ging hij voort: ”In bepaalde perioden heeft het heelal
zijn huidige rondgaande beweging, en in andere perioden draait het in
tegengestelde richting … van alle veranderingen die in de hemel
plaatsvinden is deze de grootste en meest volkomene."
Plato, The Statesman of Politicus. (vert. H.N. Fowler) blz 49, 53.
“Er is in die tijd een grote vernietiging van dieren in het algemeen en slechts een klein deel van de mensheid blijft in leven.”
Idem.
Volgens een kort fragment uit een historisch drama van Sophocles (Atreus) rijst de zon eerst sinds haar loop gewijzigd was in het oosten op. “Zeus … veranderde de loop van de zon en deed haar opkomen in het oosten en niet in het westen.”
The Fragments of Sophocles, ed. A.G. Pearson III 4, fragm. 738, zie ook idem I, 93.
Nog 1 die beweert dat de zon vroeger in het westen opkwam.
Hoe verzinnen ze het he?
Eigenaardig dat ze wel allemaal consistent zijn, er is er niet 1 die beweert dat de zon ooit in het noorden opkwam of zo.
Zou er dan misschien toch een kern van waarheid in zitten?
Bs'd
De talmoed vertelt ons: "Zeven dagen voor de grote vloed veranderde
de Geheiligde de van oudsher bestaande orde en rees de zon in het
westen op en ging in het oosten onder."
In het tweede boek van zijn geschiedenis vertelt Herodetus van zijn
gesprekken met Egyptische priesters tijdens zijn bezoek aan Egypte, op
1 of ander tijdstip gedurende de tweede helft van de vijfde eeuws voor
onze jaartelling.
De priesters verzekerden hem dat in historische tijden en sinds Egypte
een koninkrijk werd "in deze periode (naar zij vertelden) de zon vier
maal opkwam aan de tegenovergestelde zijde van de plaats waar zij
gewoon was op te komen. Tweemaal kwam zij op waar zij nu ondergaat, en
tweemaal ging zij onder waar zij nu opkomt."
Herodetus, Bk II, 142 (vert.A.D. Godley)
Pomponius Mela, een latijnse schrijver uit de eerste eeuw schreef: "De
Egyptenaren beroemen zich er op het oudste volk ter wereld te zijn.
In hun authentieke annalen … kan men lezen dat, sedert zij bestaan,
de loop van de sterren vier maal van richting is veranderd, en dat de
zon tweemaal is ondergegaan aan dat deel van de hemel waar ze nu
opgaat."
Pomponius Mela, De situ orbis, I, 9, 8
(hieruit mogen wij niet afleiden dat Mela's enige bron voor deze
bewering Herodetus was. Mela heeft het hier uitdrukkelijk over
Egyptische geschreven bronnen. Hij vermeldt de omkering in de
richting van de sterren evengoed als die van de zon; had hij simpelweg
Herodetus nageschreven, dan zou hij de verandering in de loop der
sterren niet genoemd hebben. In een tijd toen de beweging van de zon,
planeten en sterren nog niet werd beschouwd als een gevolg van de
beweging van de aarde, was een een richtingsverandering van de zon in
Mela's geest niet noodzakelijkerwijs verbonden met een overeenkomstige
wijziging in de beweging van alle hemellichamen)
In de Harris papyrus, een 41 meter lange papyrus die in het Britisch
Museum ligt, en die heel gedetailleerd de regering van Ramses III
beschrijft, waarvan algemeen aangenomen wordt dat die iets meer dan
3000 jaar geleden regeerde, die
spreekt van een kosmische catastrophe van vuur en water "als het
zuiden het noorden wordt en de aarde omkantelt".
H.O. Lange, “Der Magische Papyrus Harris” K. Danske Videnskabernes
Selskal p. 58
In de graftombe van Senmoet, de architect van koningin Hatsepsoet,
beeldt een paneel aan de zoldering de hemelsfeer af met de tekenen van
de dierenriem en andere sterrenbeelden in een “omgekeerde” orientatie
van de zuidelijke hemel.
(A. Pogo, “The Astronomical Ceiling Decoration in the Tomb of Senmut”
XVIIIth dynastie Isis blz 306)
"Een kenmerkende eigenaardigheid van de Senmoet-zoldering is de
astronomisch verwerpelijke orientatie van het zuidelijk paneel." Het
midden van dat paneel wordt ingenomen door de Orion-Sirius groep,
waarbij Orion ten westen in plaats van ten Oosten van Sirius staat.
"De orientatie van het zuidelijk paneel is dusdanig, dat degene die er
in de tombe naar kijkt, zijn hoofd en gezicht naar het noorden moet
richten, en niet naar het zuiden.“ ”Door de omgekeerde orientatie
van het zuidelijk paneel schijnt Orion, in de zuidelijke hemel het
meest opvallende sterrenbeeld, zich naar het oosten te bewegen, dat
wil zeggen: De verkeerde kan op." (Idem blz 306, 315, 316)
Toen dat plafond gemaakt werd, zou de maker toen een feestje gehad
hebben de dag er voor?
Genoeg nu over die stoffige oude Egyptenaren.
Laten we eens kijken wat de oude Grieken te melden hebben over ons
intrigerende onderwerp:
Plato schreef in zijn dialoog “De Staatsman”, (Politicus) "Ik bedoel
de verandering in het opgaan en ondergaan van de zon en de andere
hemellichamen, hoe ze in die tijd plachten onder te gaan daar waar ze
nu opkomen en plachten op te komen daar waar ze nu onder gaan … ten
tijde van de twist, zult u zich herinneren, veranderde de god dit
alles in het tegenwoordige stelsel, als getuigenis ten gunste van
Atreus.“ Dan ging hij voort: ”In bepaalde perioden heeft het heelal
zijn huidige rondgaande beweging, en in andere perioden draait het in
tegengestelde richting … van alle veranderingen die in de hemel
plaatsvinden is deze de grootste en meest volkomene."
Plato, The Statesman of Politicus. (vert. H.N. Fowler) blz 49, 53.
"Er is in die tijd een grote vernietiging van dieren in het algemeen
en slechts een klein deel van de mensheid blijft in leven."
Idem.
Volgens een kort fragment uit een historisch drama van Sophocles
(Atreus) rijst de zon eerst sinds haar loop gewijzigd was in het
oosten op. "Zeus … veranderde de loop van de zon en deed haar
opkomen in het oosten en niet in het westen."
The Fragments of Sophocles, ed. A.G. Pearson III 4, fragm. 738, zie
ook idem I, 93.
Caius Julius Solinus, een latijns schrijver uit de derde eeuw na Chr.
schreef over de mensen die bij de zuidelijke grenzen van Egypte
woonden: "De bewoners van dit land zeggen dat ze van hun voorvaderen
vernamen dat de zon nu ondergaat waar hij vroeger opging."
Apollodorus Wiedemann, Herodots zweites Buch, blz 506, Pearson, The
Fragments of Sophocles, III, noot bij fragment 738
Hoe verzinnen ze het he?
Frederik D Schreef:
——————————————————-
> Lijkt mij totale onzin. De draaiing van de aarde
> om zijn (denkbeeldige) as verandert niet plots.
> Tenzij door de aantrekkingskracht van een groot
> hemellichaam zeer in de buurt. Maar zo'n
> gebeurtenis verandert de aarde in een totale hel
> waarbij niemand, ook Noach niet, het had kunnen
> overleven.
Bs'd
Interessant dat je dat zegt over die hel.
Dit is wat Plato er van zegt: Plato schreef in zijn dialoog “De Staatsman”, (Politicus) "Ik bedoel
de verandering in het opgaan en ondergaan van de zon en de andere
hemellichamen, hoe ze in die tijd plachten onder te gaan daar waar ze
nu opkomen en plachten op te komen daar waar ze nu onder gaan … ten
tijde van de twist, zult u zich herinneren, veranderde de god dit
alles in het tegenwoordige stelsel, als getuigenis ten gunste van
Atreus.“ Dan ging hij voort: ”In bepaalde perioden heeft het heelal
zijn huidige rondgaande beweging, en in andere perioden draait het in
tegengestelde richting … van alle veranderingen die in de hemel
plaatsvinden is deze de grootste en meest volkomene."
Plato, The Statesman of Politicus. (vert. H.N. Fowler) blz 49, 53.
"Er is in die tijd een grote vernietiging van dieren in het algemeen
en slechts een klein deel van de mensheid blijft in leven
."
Idem.
Bs'd
De talmoed vertelt ons: "Zeven dagen voor de grote vloed veranderde
de Geheiligde de van oudsher bestaande orde en rees de zon in het
westen op en ging in het oosten onder."
In het tweede boek van zijn geschiedenis vertelt Herodetus van zijn
gesprekken met Egyptische priesters tijdens zijn bezoek aan Egypte, op
1 of ander tijdstip gedurende de tweede helft van de vijfde eeuws voor
onze jaartelling.
De priesters verzekerden hem dat in historische tijden en sinds Egypte
een koninkrijk werd "in deze periode (naar zij vertelden) de zon vier
maal opkwam aan de tegenovergestelde zijde van de plaats waar zij
gewoon was op te komen. Tweemaal kwam zij op waar zij nu ondergaat, en
tweemaal ging zij onder waar zij nu opkomt."
Herodetus, Bk II, 142 (vert.A.D. Godley)
Pomponius Mela, een latijnse schrijver uit de eerste eeuw schreef: "De
Egyptenaren beroemen zich er op het oudste volk ter wereld te zijn.
In hun authentieke annalen … kan men lezen dat, sedert zij bestaan,
de loop van de sterren vier maal van richting is veranderd, en dat de
zon tweemaal is ondergegaan aan dat deel van de hemel waar ze nu
opgaat."
Pomponius Mela, De situ orbis, I, 9, 8
(hieruit mogen wij niet afleiden dat Mela's enige bron voor deze
bewering Herodetus was. Mela heeft het hier uitdrukkelijk over
Egyptische geschreven bronnen. Hij vermeldt de omkering in de
richting van de sterren evengoed als die van de zon; had hij simpelweg
Herodetus nageschreven, dan zou hij de verandering in de loop der
sterren niet genoemd hebben. In een tijd toen de beweging van de zon,
planeten en sterren nog niet werd beschouwd als een gevolg van de
beweging van de aarde, was een een richtingsverandering van de zon in
Mela's geest niet noodzakelijkerwijs verbonden met een overeenkomstige
wijziging in de beweging van alle hemellichamen)
In de Harris papyrus, een 41 meter lange papyrus die in het Britisch
Museum ligt, en die heel gedetailleerd de regering van Ramses III
beschrijft, waarvan algemeen aangenomen wordt dat die iets meer dan
3000 jaar geleden regeerde, die
spreekt van een kosmische catastrophe van vuur en water "als het
zuiden het noorden wordt en de aarde omkantelt".
H.O. Lange, “Der Magische Papyrus Harris” K. Danske Videnskabernes
Selskal p. 58
In de graftombe van Senmoet, de architect van koningin Hatsepsoet,
beeldt een paneel aan de zoldering de hemelsfeer af met de tekenen van
de dierenriem en andere sterrenbeelden in een “omgekeerde” orientatie
van de zuidelijke hemel.
(A. Pogo, “The Astronomical Ceiling Decoration in the Tomb of Senmut”
XVIIIth dynastie Isis blz 306)
"Een kenmerkende eigenaardigheid van de Senmoet-zoldering is de
astronomisch verwerpelijke orientatie van het zuidelijk paneel." Het
midden van dat paneel wordt ingenomen door de Orion-Sirius groep,
waarbij Orion ten westen in plaats van ten Oosten van Sirius staat.
"De orientatie van het zuidelijk paneel is dusdanig, dat degene die er
in de tombe naar kijkt, zijn hoofd en gezicht naar het noorden moet
richten, en niet naar het zuiden.“ ”Door de omgekeerde orientatie
van het zuidelijk paneel schijnt Orion, in de zuidelijke hemel het
meest opvallende sterrenbeeld, zich naar het oosten te bewegen, dat
wil zeggen: De verkeerde kan op." (Idem blz 306, 315, 316)
Toen dat plafond gemaakt werd, zou de maker toen een feestje gehad
hebben de dag er voor?
Genoeg nu over die stoffige oude Egyptenaren.
Laten we eens kijken wat de oude Grieken te melden hebben over ons
intrigerende onderwerp:
Plato schreef in zijn dialoog “De Staatsman”, (Politicus) "Ik bedoel
de verandering in het opgaan en ondergaan van de zon en de andere
hemellichamen, hoe ze in die tijd plachten onder te gaan daar waar ze
nu opkomen en plachten op te komen daar waar ze nu onder gaan … ten
tijde van de twist, zult u zich herinneren, veranderde de god dit
alles in het tegenwoordige stelsel, als getuigenis ten gunste van
Atreus.“ Dan ging hij voort: ”In bepaalde perioden heeft het heelal
zijn huidige rondgaande beweging, en in andere perioden draait het in
tegengestelde richting … van alle veranderingen die in de hemel
plaatsvinden is deze de grootste en meest volkomene."
Plato, The Statesman of Politicus. (vert. H.N. Fowler) blz 49, 53.
"Er is in die tijd een grote vernietiging van dieren in het algemeen
en slechts een klein deel van de mensheid blijft in leven."
Idem.
Volgens een kort fragment uit een historisch drama van Sophocles
(Atreus) rijst de zon eerst sinds haar loop gewijzigd was in het
oosten op. "Zeus … veranderde de loop van de zon en deed haar
opkomen in het oosten en niet in het westen."
The Fragments of Sophocles, ed. A.G. Pearson III 4, fragm. 738, zie
ook idem I, 93.
Caius Julius Solinus, een latijns schrijver uit de derde eeuw na Chr.
schreef over de mensen die bij de zuidelijke grenzen van Egypte
woonden: "De bewoners van dit land zeggen dat ze van hun voorvaderen
vernamen dat de zon nu ondergaat waar hij vroeger opging."
Apollodorus Wiedemann, Herodots zweites Buch, blz 506, Pearson, The
Fragments of Sophocles, III, noot bij fragment 738
"De chinezen zeggen dat pas toen de dingen opnieuw geordend waren de
sterren zich van het oosten naar het westen gingen bewegen."
"De tekenen van de chinese dierenriem hebben de zonderlinge
eigenaardigheid zich in achterwaartse richting te bewegen, dat wil
zeggen, tegen de loop van de zon in."
Bellamy, Moons, Myths, and Man. blz 69
Weet je zeker dat je deze post als spam wil rapporteren aan de beheerder?
Deze post wordt als spam gerapporteerd aan de beheerder van het forum. Bedankt!
Weet u zeker dat u dit topic wil verwijderen?