Slapen

• 

  LeSage

  09-08-2010 18:40

  Mijn vraag was: hoe zie jij God.

  het enige wat je me daarover vertelt, is dat hij je niet in de weg loopt.

  Vervolgens duik je weer snel in een verhaal over anderen.

  Nu weet ik nog niets over hoe jij God nu eigenlijk ziet.

  Laat mij dan eens proberen te omschrijven hoe ik God

  zie.

  God is onkenbaar. Ieder die zegt te weten wie of wat God is, verkoopt klinkklare leugens.

  God is onkenbaar, maar desondanks bestaat Het wél.

  We kunnen hooguit af en toe iets van dat Wezen ervaren. Een glimp. Mogelijkerwijs een enkele keer een aanraking. Ik denk dat mij zoiets gebeurt als ik door iets erg ontroerd raak, - maar het kan ook zijn dat ik het grandioos mis heb.
• 

  ¥ Lotje ­­¥

  09-08-2010 18:42

  Mogelijkerwijs een enkele keer een aanraking.

  Hoe doe je dat LeSage?wat voel je dan?
• 

  LeSage

  10-08-2010 17:40

  Dat is nit uit te leggen. Een soort geluksgevoel als bij een prachtige film of een mooi concert, maar dan -tig keer sterker, en zodanig dat het je in Zich opneemt.
• 

  ¥ Lotje ­­¥

  10-08-2010 18:01

  oké , ik geloof je wel .
• 

  CU

  10-08-2010 18:07

  Hoe moet ik nu God zien als ik van mening ben dat hij er niet is?
• 

  Frederik D

  10-08-2010 18:21

  Maar je kunt wel meningen hebben over godsbeelden.
• 

  CU

  10-08-2010 19:49

  Dring me geen Godsbeeld op.

  Christenen die aan het bidden zijn zien vast Godsbeelden met hun ogen dicht.
• 

  LeSage

  10-08-2010 23:11

  CU Schreef:

  ——————————————————-

  > Hoe moet ik nu God zien als ik van mening ben dat

  > hij er niet is?

  Dat had ik niet zó begrepen.

  De vraag kwam echter bij me op bij het lezen van de prik waarin je over God praat zoals hij in het OT wordt weergegeven. Ik wist niet dat je van mening was dat God niet bestaat.
• 

  LeSage

  10-08-2010 23:12

  het koord zou niet van metaal zijn, maar zou eruit zien als van zilver. daarom heeft het die benaming ook.
• 

  LeSage

  10-08-2010 23:32

  theo Schreef:

  > De drieluik bij een preek waarvan de laatste was:

  > De toepassing.

  >

  Volgens mij was dat vaste prik in die 3-deling. ik kan me dat nog van ds. K. Doornbos (vrijg. ger. te Wormer) herinneren, die daar ook steevast de hand aan hield.